Pleidooi voor de onderbuik?
Marcel Oosterwijk Hoofd communicatieBurgers dienen een mening te vormen over wat goed is voor het land. Maar is die vraag wel realistisch?
We krijgen dus verkiezingen. We zijn net van de schok bekomen dat er een rechts kabinet zit dat van plan is ons land op allerlei manieren te kortwieken en het valt alweer. Het hele verkiezingscircus herhaalt zich. Van ons, weldenkende burgers, wordt verwacht dat we ons wederom verdiepen in de complexe materie van de politieke keuze. Door middel van krantenartikelen, verkiezingsprogramma’s, tv-debatten, columns en rekensommen van het CPB dienen wij een mening te vormen over wat goed is voor het land. Maar is die vraag wel realistisch?
Politici zijn net als burgers vaak geen expert op de terreinen waarover ze beslissen. Daarvoor roepen ze de hulp in van deskundigen. Politicologen, sociologen, economen en historici buitelen over elkaar heen met micro- en macro-analyses over hoe het is en zou moeten zijn. Ze lijken allemaal gelijk te hebben, ondanks dat ze elkaar vaak volstrekt tegenspreken. Er is immers altijd wel een geloofwaardig rapport dat de juiste argumenten aandraagt. De werkelijkheid laat zich echter slecht vertalen in losse stukjes werkelijkheid. Debatten gaan zelden over het complexe systeem van onderlinge afhankelijkheden dat onze samenleving is. Ze gaan altijd over concrete ja/nee-kwesties en iedereen lijkt precies te weten waarom het ja of nee moet zijn.
De werkelijkheid versimpeld tot hapklare brokken
Als argeloze burger moet je maar snappen waarom het een beter is dan het ander. Stemwijzers versimpelen de realiteit nog verder dan deskundigen doen door niet die werkelijkheid maar eenvoudigweg verkiezingsprogramma’s te ontleden in hapklare brokken. Ben ik voor of tegen het terugdringen van het begrotingstekort tot 3% in 2013 of is het beter om er langer over te doen? “Nou ja, tekorten zijn nooit goed, maar rigoureus bezuinigen richt ook veel nevenschade aan…” Je kunt nauwelijks alle voors en tegens die met zo’n beslissing samenhangen overzien, laat staan er een besluit over nemen. Interdependentie echt begrijpen is voor gewone stervelingen vrijwel onmogelijk. Moet de hypotheekrenteaftrek worden afgebouwd? “Ik geloof wel dat het uiteindelijk beter is voor de huizenmarkt, maar of ik dan zelf ooit een huis kan aanschaffen is maar de vraag.” Moeten cultuursubsidiesBij elk debat en in elke stemwijzer zie je afgeleiden van de werkelijkheid, die nauwelijks nog recht doen aan de ware complexiteit ervan. verdwijnen? “Ik consumeer graag cultuur en betaal liever niet teveel voor een kaartje, maar kunstenaars mogen ook best wat harder nadenken over hoe ze op andere manieren aan hun geld kunnen komen. Wie weet wat voor interessante bijeffecten dit kan opleveren. Cultuur is een luxe-item, toch? Of is het juist de essentie van het mens-zijn, de basis van hoop en inspiratie, de échte hoeksteen van de samenleving?++De waarde van cultuurIn een tijd waarin de kunst- en cultuursector grote moeite heeft zijn eigen relevantie aan te tonen, kan niet genoeg uitgelegd worden hoe essentieel cultuur is voor onze samenleving. Hier mijn poging. Bezuinigen is goed en nodig. Maar investeren is ook goed en nodig. Tot zover het boerenverstand. Bij elk debat en in elke stemwijzer zie je afgeleiden van de werkelijkheid, die nauwelijks nog recht doen aan de ware complexiteit ervan.
De onderbuik als trouwe raadgever
We laten de onderbuik regeren, dat lees je overal. En het klopt, omdat we niet beter kunnen dan dat, ook al denken we van wel. Of die onderbuik altruïstisch of egoïstisch is, of ideologisch of economisch, of alleen maar gevoelig is voor de taal of de uitstraling van de politicus, bepaalt meer onze keuze dan dat we werkelijk kunnen overzien wat de gevolgen van politieke besluiten zullen zijn. We kunnen een besluit nog net naar onszelf of onze directe omgeving terugredeneren – als de hypotheekrenteaftrek eraan gaat, kost het mij geld – maar verder dan dat wordt al lastig.We kunnen een besluit nog net naar onszelf of onze directe omgeving terugredeneren, maar verder dan dat wordt al lastig. Bij zaken die ons niet rechtstreeks aangaan, haken de meesten van ons af. Als de deskundigen het onderling al niet eens kunnen worden, waar moet je als burger dan op sturen? De onderbuik blijft over, als trouwe raadgever.
Het begint met zelfkennis, a bit of soul searching. Ben je een angstige, conservatieve egoïst of juist een vrijgevige wereldverbeteraar? Iemand die gezelligheid belangrijker vindt dan politieke autoriteit of juist warm loopt voor een economische hardliner? Laat je graag dingen aan het toeval over of hou je alles liever onder controle? Kies je voor je eigen hachje als het erop aan komt of wil je dat iedereen het goed heeft? Trek je graag je eigen plan of wil je liever geleid worden? Hou je meer van natuur of van mobiliteit? Is Nederland van jou of is het gewoon een stukje grond waar je toevallig bent geboren?Is Nederland van jou of is het gewoon een stukje grond waar je toevallig bent geboren? Ben je een angstige, conservatieve egoïst of juist een vrijgevige wereldverbeteraar? Moet iedereen lief tegen elkaar doen of denk je dat alleen een keiharde aanpak mensen op het goede spoor houdt? Ben je meer van vrijlaten of van reguleren? Gehecht aan wat je kent of nieuwsgierig naar al wat anders is?
Vervolgens moeten de politici en hun partijen zich blootgeven, maar dan echt. In wat voor wereld willen ze leven, welke toekomst hebben ze voor ogen, wat drijft hen werkelijk? Wat blijft er over van hun plannen en argumenten als ze kortetermijngewin en loyaliteitsbelangen loslaten? Wat mij betreft mogen we onze politieke leiders zelfs onderwerpen aan psychologische tests. Als we van onze criminelen willen weten hoe ze in elkaar zitten en wat hen beweegt, dan toch zeker ook van de mensen die ons land besturen!?Als we van onze criminelen willen weten hoe ze in elkaar zitten en wat hen beweegt, dan toch zeker ook van de mensen die ons land besturen!?
Henk en Ingrid zijn heus niet de enigen die stemmen met hun gevoel. In feite doen we dat allemaal. Alleen heb je wat meer argumenten nodig als je verder wilt kijken dan je neus lang is. Daarom volgen we politici op televisie, luisteren we naar hun oneliners, lezen we de opiniebladen en discussiëren we erover aan de ontbijttafel. Veel meer kunnen we immers niet doen om erachter te komen welke partij het dichtst in de buurt komt van onze eigen idealen – feitelijk onze onderbuik. Ideologie is toch eigenlijk niks meer dan het distillaat van onze gevoelens? Laat de politici en deskundigen maar debatteren over de uitgeklede werkelijkheid, ook wel de ‘Haagse werkelijkheid’ genoemd. Maar geef ons vooral inzicht in wat hen drijft. Dan weet onze onderbuik wel op wie we moeten stemmen.
Onmacht, onbegrip en onvermogen
Ik snap ook wel dat moeilijke beslissingen over verhoging van het eigen risico en de pensioenleeftijd niet met de onderbuik alleen genomen kunnen worden. De slimste supercomputers zouden de besluiten tot in de verre toekomst moeten doorrekenen. Pas dan kunnen we keuzes maken die enigszins gewogen zijn. Waar het mij om gaat is dat je van het gescherm met feitjes, weetjes enPopulisten geven de slechtst mogelijke vertaling van de werkelijkheid. Het is gevaarlijk dat onmacht, onbegrip en de bijbehorende moedeloosheid uiteindelijk leiden tot meer macht voor hen die het begrijpen van de werkelijkheid feitelijk al hebben opgegeven. rapportjes in elk geval niet veel wijzer wordt. Dit opiniestuk is bedoeld als een uiting van onmacht, onbegrip en het onvermogen om zulke complexe vragen te doorgronden. Het is hetzelfde onvermogen dat ik bij politici en zelfs deskundigen zie. De logische reactie hierop is: nog meer verdiepen in de materie. Maar hoe meer ik erover lees hoe ingewikkelder het lijkt te worden. Dat is de paradox van kennis. Hoe meer je weet hoe meer vragen je krijgt – en vaak dus: hoe minder je begrijpt. Maar als politicus kun je natuurlijk niet aankomen met: “Ik weet het ook allemaal niet, ik volg gewoon mijn gevoel.” En dus gaat het schermen onvermoeibaar door.
Het grote risico is dat die onmacht zich uiteindelijk vertaalt in stemmen voor politici die het allemaal heel helder (en dus zwaar versimpeld!) weten uit te leggen, zoals Geert Wilders. Wat hij zegt, snapt iedereen. Hij snijdt alleen wel heel veel bochten af om tot zijn standpunten en de verdediging daarvan te komen. Daarmee geeft hij de slechtst mogelijke vertaling van de werkelijkheid. Het is gevaarlijk dat onmacht, onbegrip en de bijbehorende moedeloosheid uiteindelijk leiden tot meer macht voor hen die het begrijpen van de werkelijkheid feitelijk al hebben opgegeven.
Marcel Oosterwijk