Sommige vooroordelen niet meer voorbehouden
Creative Commons licenties zijn mooi, vooral als het gaat om kennisdisseminatie, zo betoogt Judith Schoonhoven in haar column op SURFspace (het platform voor en door ICT & Onderwijsprofessionals). Maar de angst voor ongewenst gebruik blijft. Ten onrechte.
Creative Commons licenties zijn mooi, vooral als het gaat om kennisdisseminatie, zo betoogt Judith Schoonhoven in haar column op SURFspace (het platform voor en door ICT & Onderwijsprofessionals). Maar de angst voor ongewenst gebruik blijft. Ten onrechte.
Met stip op één staat de angst van commercieel gebruik van de eigen pennenvruchten (en de daar achterliggende geniale ideeën). Net als internetrecht specialist Arnoud Engelfriet maakt Schoonhoven korte metten met dit vooroordeel. Zij haalt in haar column nog een angst onderuit, namelijk die voor reputatieschade: iemand gebruikt jouw betoog, maar maakt de argumenten tegenovergesteld. Of mogelijk erger: vermeld je naam niet. “Angsten bezweer je alleen met kennis”, aldus Schoonhoven en een bezoek aan de door SURF georganiseerde workshop ‘Creative Commons en hergebruik van materiaal in onderwijs en onderzoek’ veegde een aantal vooroordelen rondom Creative Commons licenties uit de weg:
- Het verspreiden van (langere stukken uit) werk zonder de auteur te vermelden noemen we in het dagelijks leven plagiaat. Dat is ook onder een Creative Commons licentie niet toegestaan.
- Verdraaien van woorden en betoog kan helaas altijd gebeuren en is niet strafbaar. Maar bij gebruik van een Creative Commonslicentie moet “duidelijk word gemaakt dat er wijzigingen in het oorspronkelijke Werk zijn aangebracht door te verwijzen naar het gebruik van het Werk in het Afgeleide werk (bijvoorbeeld: ‘De Franse vertaling van het Werk van de Maker’ of ‘Scenario gebaseerd op het Werk van de Maker’).” Hier zijn CC licenties dus eerder een pluspunt.
- Financieel goed binnenlopen met werk onder een Creative Commons licentie is lastig. Heel simpel volgens Schoonhoven: “Waarom zou iemand geld betalen voor een werk dat elders ook gratis verkrijgbaar is?”. Als er dus al geld verdient wordt dan moet daarvoor een extra dienst geleverd worden, die betaling rechtvaardigt.
- Daarnaast: bewerkingen en commercieel gebruik zijn geen bedreiging van de eigen broodwinning, maar vormen soms juist kansen. Schoonhoven: “Ik ben wetenschapper, geen uitgever… Ik hoef mijn geld niet te verdienen met mijn teksten. Ik verdien mijn geld met de opdrachten die (mede op basis van de gratis verspreiding van mijn teksten door anderen) bij mij binnenkomen.”
Zelden bracht het bezweren van onterechte angsten zo veel euforie: “Mijn mederedacteuren en ik kijken halsreikend uit naar de verfilming van onze serie Leerobjecten in de praktijk.”
Auteur: Joanne van den Eijnden