Finse lessen: minder lesgeven, toch meer leren
“Less is more”, beargumenteert onderwijsexpert Pasi Sahlberg in zijn boek ‘Finnish Lessons, What Can the World Learn from Educational Change in Finland’. Minder competitie, minder toezicht en minder lesuren, en toch staat Finland al jaren achtereen aan kop als je de rankings mag geloven. De docenten zoeken continu de paradox ‘teach less and learn more’ op, met als hoger doel goede scholen voor iedereen. Nu zijn er natuurlijk verschillen tussen Finland en Nederland in cultuur, in de samenleving en in de scholen. Toch zou een aantal uitgangspunten een goede voedingsbodem kunnen vinden in Nederland. Het eerste wat eruit springt is de kwaliteit van de leraren en het lesgeven zo te verhogen dat er geen toezicht of inspectie meer nodig is.
Een utopie?
Ter ere van de publicatie van de Nederlandse editie van Finnish Lessons was Sahlberg te gast bij de Finse ambassadeur in Den Haag. In een bijna Fins winterdecor onderstreepte Sahlberg dat competitie absoluut niet leidend moet zijn als het om onderwijs gaat. Nooit heeft Finland het doel gehad om als beste onderwijssysteem uit vergelijkingen en benchmarks te komen. Sterker nog, Sahlberg zet zich ferm af tegen de GERM-infectie: General Educational Reform Movement, begonnen in de jaren tachtig en wereldwijd uitgegroeid tot een onderwijshervormingsdogma binnen veel onderwijsstelsels. De ambitie was in Finland om goede scholen voor iedereen te hebben. De beste manier om die ambitie te verwezenlijken is om leraren en schoolleiders goed voor te bereiden op hun taken. Dat is de kern voor een goede kwaliteit in Finland. Alle GERM’s en beleidsnota’s over onderwijssystemen kunnen de deur uit!
Hervormingsdogma’s, GERM of FIRM?
Welke educational reform dogma’s bedoelt Sahlberg nu eigenlijk? Het gaat in dit type hervormingen in de eerste plaats om standaardisering en homogenisering van het onderwijs met standaardtoetsen. Ten tweede zie je een nadruk op kerntaken van de school (lezen, schrijven, rekenen en wis- en natuurkunde), wat ten koste gaat van andere vakken. Het zoeken naar weinig risicovolle manieren om onderwijsdoelen te bereiken beperkt experimenteren en vermindert het gebruik van alternatieve, pedagogische benaderingen. De gedachte dat managementmodellen uit het bedrijfsleven ook tot verbetering zullen leiden in het onderwijs getuigt meer van een economische visie op onderwijs dan van de morele visie op menselijke ontwikkeling. Als laatste hervormingsdogma noemt Sahlberg de invoering van een beleid van rekenschap afleggen door de school op basis van toetsresultaten en prestaties van leerlingen, met mogelijke perverse gevolgen zoals belonen of straffen van scholen en leraren.
Finland heeft doelbewust niet meegedaan aan deze ontwikkelingen. Zij hebben de FIRM-manier ontwikkeld (Finnish Reform Movement), die zich kenmerkt door ‘op maat’ leren en lesgeven, focus op creatief leren, aanmoedigen van risico’s nemen, eigenaar blijven van de eigen innovatietraditie en gedeelde verantwoordelijkheid en vertrouwen. We herkennen hierin snel de tegenpolen van de GERM-virussen hierboven. De focus op kwaliteit van het onderwijs, goede scholen voor iedereen, kwaliteit van leraren en schoolleiders en onderling van elkaar blijven leren heeft Finland in ieder geval geen windeieren gelegd. Onderwijs wordt in Finland nu ironisch genoeg als exportproduct gezien!
Leren reflecteren
Een korte vergelijking: Nederlandse docenten geven per dag gemiddeld 60 minuten langer les in de klas dan Finse docenten, die per dag maximaal 4 uur lesgeven. Mijn vraag aan Sahlberg wat in het Finse systeem bijdraagt aan een hoge kwaliteit van lesgeven illustreerde hij met deze vergelijking. Wat Finse docenten namelijk in die andere tijd doen is van elkaar leren en samen reflecteren op hun wijze van lesgeven. Het halen van de benodigde uren onderwijstijd kan een obstakel zijn om als docenten samen te leren. Ook haalde de Finse auteur aan dat het wetenschappelijke onderwijsniveau van hun docenten bijdraagt aan peer learning.
Finland heeft niet altijd een goed onderwijssysteem gehad, ze komen van ver. Het heeft een aantal decennia geduurd voordat de investeringen in docenten hun vruchten afwierpen. Ondanks de afleidingen in de vorm van bureaucratie en voorgestelde hervormingen van het onderwijssysteem onder druk van benchmarks of rapportages bleven ze de basis van sterke docenten en scholen nastreven. Belangrijker dan internationale vergelijkingen is de publieke waarde: hoe ervaren kinderen, ouders en belastingbetalers het onderwijs en zijn zij blij daarmee?
5 Finse lessen om die sterke basis te bereiken:
- Doelgerichte actie op alle lagen (vertrouwen op vakbekwaamheid van onderwijsmensen, slimmer organiseren met professionele dialoog, positief over het vak praten en perspectief schetsen).
- Doordacht onderwijs (bewust zijn van tradities, blijven toepassen van theorieën, concepten, onderzoek en innovatie).
- Diep leren (vertrouwen op curriculum en aanpak voor ontwikkeling van het kind, focus op korte termijn met ontwikkelingsperspectief op lange termijn, ruimte scheppen voor nieuwe ideeën en aanpakken, respecteren van autonomie maar wel elkaar professioneel aanspreken en de maat durven nemen).
- Discipline organiseren (waar willen we goed in zijn, waar krijgen we energie van, waar doen we het voor?).
- Doorleefd werken (ieder kind, iedere ouder en leraar weet vol trots de kern en kracht van de school te vertellen, schoolleiders en bestuurders slagen erin om de motivatie van medewerkers jaar na jaar te laten toenemen).
Een nieuwe generatie van ‘change agents’
“We hebben een kleine ingenieur in ons: van wat we hebben, weten we iets te maken. Ook in Nederland hebben jullie een goede basis hiervoor,” is de observatie van Sahlberg. “Het schoolsysteem een sterke impuls geven zal niet al te moeilijk zijn met de Nederlandse cultuur die open staat voor leren van anderen.”
Het inmiddels beroemde internationale onderzoek van McKinsey (How the world’s most improved school systems keep getting better, 2010) legt ook de nadruk op enkele succesfactoren uit het Finse systeem. Zet de beste mensen voor de klas en zorg ervoor dat de besten van nu de volgende generatie opleiden. Voor de huidige leraren resoneert de oproep om structureel van elkaar te leren, samen lessen voor te bereiden, de klasdeur open te zetten en te reflecteren. De benodigde tijd hebben de Finse docenten gevonden in minder lesgeven. Het McKinsey-onderzoek geeft de schoolleiders een aanbeveling mee om in trajecten met 6-10 collega’s samen te werken aan de verbetering van kwaliteit op hun eigen school – daarbij van elkaars ervaringen te leren en tegelijk in hun school door experts te worden gecoacht.
De Finnen lijken deze aanbevelingen niet meer nodig te hebben. Echter, in de ogen van Sahlberg moet Finland zichzelf opnieuw gaan uitvinden. De laatste jaren was het eigenlijk te stil aan het front. De aandacht verschoof meer naar productiviteit en efficiëntie dan naar het verhogen van de kwaliteit. Ook overheidsbezuinigingen gaan niet aan dit land voorbij. Wat is de volgende fase? Aan de ene kant zie je experimenten met digitale scholen waar geen hard copy tekstboek meer te vinden is. Hoe zien scholen er dan uit? Ouders maken zich aan de andere kant zorgen daarover en benadrukken dat interactie tussen mensen essentieel is om te leren. Kinderen moeten niet de hele dag achter een schermpje zitten, of het nu om school of ontspanning gaat.
Een andere insteek is na te denken over een nieuwe manier van onderwijzen. De oudere generatie verlaat ook in Finland snel het arbeidsproces. Voor Nederland oppert hij om deze vergelijkbare situatie aan te grijpen als een unieke kans. Investeer in een compleet nieuwe aanpak van opleiden van jonge docenten: train ze als change agents in jullie scholen. Met een dosis creatief denken over welk type mensen je nodig hebt en wat zij nodig hebben voor vernieuwing in scholen kun je de hele opleiding van docenten nu radicaal veranderen! Daarmee benadruk je ook de gewenste richting voor het onderwijs in Nederland op lange termijn: niet de beste testresultaten halen, maar als samenleving leren omgaan met de dynamiek van complexe uitdagingen.
Martine Maes